Last but not least: Edinburgh! De prachtige Schotse hoofdstad was de laatste nieuwe bestemming van mijn rondreis door Groot-Brittannië. Ik vertelde al eerder dat Glasgow rauw en industrieel is (maar ook heel tof), maar dat in Edinburgh gewoon álles mooi is. Ja, ik ben best een beetje verliefd geworden op deze stad met haar steegjes, trappen, heuvels en al die ontzettend sfeervolle gebouwen. Ik laat je de stad dan ook graag door mijn ogen zien!
Ik verbleef in de wijk Haymarket, in een superleuk AirBnB-appartementje dat ik helemaal voor mezelf bleek te hebben. Winning! Haymarket heeft een eigen station, van waaruit je in no time naar Edinburgh Waverley kan reizen. Dit station ligt ondergronds (net als het winkelcentrum Princes Mall), en je moet vanwege de grote hoogteverschillen in Edinburgh heel wat roltrappen op om op straatniveau te komen. Ik was echt verbaasd toen bleek dat ik na drie roltrappen nóg niet boven was. Eenmaal boven zie je onder andere dit prachtige gebouw. Ik heb me de hele tijd afgevraagd wat het zou zijn en heb het net opgezocht: het is een poepiechique hotel. Het heet The Balmoral, maar dat hoef je eigenlijk niet te onthouden, want een overnachting is er nogal, eh, prijzig. En dan zit het ontbijt er nog niet eens standaard bij inbegrepen, stelletje afzetters. Maar goed, dan heb je ook wat, want het gebouw is prachtig en je zit op een geweldige locatie met prachtig uitzicht.
Kijk maar, dit ligt er tegenover. Het grote park Princes Street Gardens, met op de achtergrond Edinburgh Castle.
Het centrum van Edinburgh is verdeeld in twee gedeeltes: de Old Town en de New Town. Samen vormen ze een behoorlijk compact geheel voor zo’n grote stad, waardoor je in een dag makkelijk alle highlights kunt zien. Langer blijven is natuurlijk leuker omdat dat je meer tijd geeft om meer bezienswaardigheden van binnen te bekijken, maar het pure sightseeing is prima met de voet te doen.
Een doedelzakspeler! Je verwacht het niet, hè, in Schotland. Sommige mensen vinden het geluid misschien minder, maar I love it en het brengt je sowieso héél erg in de Schotse sferen. In Edinburgh zag ik best veel straatmuzikanten, en ook met andere instrumenten. Echt heel leuk!
Eten! Ik at bij Deacon Brodies Tavern op The Royal Mile, en besloot om nog maar eens een pie te eten, nu het einde van mijn reis in zicht begon te komen.
Ik zat zelf ergens in het midden van de bovenverdieping, maar toen de mensen bij het raam net weg waren, besloot ik om héél even hun uitzicht te lenen voor een foto. Oeee, volgende keer wil ik daar ook eten!
De volgende dag ging ik vroeg op pad. Bij Edinburgh Castle was het al voor openingstijd heel druk, dus dat bewonderde ik alleen van buiten.
Daarna wandelde ik via The Royal Mile naar beneden. Aan het andere einde van deze 1,6 kilometer lange weg (joh), die eigenlijk uit meerdere achtereenvolgende straten bestaat, ligt het Palace of Holyroodhouse en het bijbehorende Holyrood Park.
Edinburgh heeft haar eigen Writers’ Museum, waarin de levens van drie belangrijke Schotse schrijvers centraal staan: Robert Burns, Walter Scott and Robert Louis Stevenson. Vanuit hier start trouwens ook meerdere keren per dag een Edinburgh Booklovers Tour, die ook op mijn lijstje voor de volgende keer staat. Edinburgh heeft best wel veel met literatuur. Wist je dat J.K. Rowling Harry Potter bijvoorbeeld grotendeels in pubs aan The Royal Mile heeft geschreven?
Iets verder bergafwaarts vind je St. Giles Cathedral.
Je ziet veel Schotse vlaggen in de stad. Het is natuurlijk ook wel heel logisch dat de Schotten zo trots zijn op hun prachtige hoofdstad!
“Zomaar” een pub. Je kijkt je ogen uit op The Royal Mile, alles is zo mooi! (ik had jullie toch al gewaarschuwd dat ik een beetje verliefd ben?)
Het Palace of Holyroodhouse, de officiële residentie van de royals als ze in Schotland zijn.
Daarna beklom ik Arthur’s Seat en genoot ik héél erg van het prachtige uitzicht. Over de tocht zelf schreef ik een apart blogje met veel foto’s van het uitzicht, maar hier is er al eentje:
Voor een welverdiende lunch plofte ik daarna neer bij Clarinda’s Tea Room, een ontzettend schattig theehuisje aan The Royal Mile. Alle lunchgerechten blijven er onder de 6 pond, dus dat is prima te doen. Behalve voor de lunch kun je er ook terecht om te ontbijten of om iets van hun verse gebak, dat staat uitgestald, te proeven of als take-away mee te nemen.
Ik koos voor de dish of the day, die dit keer bestond uit een bagel met roomkaas en gerookte Schotse zalm. Heel erg lekker! Natuurlijk wilde ik ook wat van het gebak proeven, en ik ging uiteindelijk (zo lastig kiezen!) voor de lemon crunch.
Daarna wandelde ik terug richting Princes Street, die de Old en New Town scheidt. Dit is het Scott Monument, dat de schrijver Sir Walter Scott herdenkt.
In the New Town vind je veel winkels en restaurantjes. Erg leuk bedacht: bloembakken met korte gedichten erop. Deze is van Norman McCraig.
In het centrum van Edinburgh hebben ze natuurlijk ook een Waterstones, en je begrijpt het al: daar moest ik naar binnen.
En nog meer leuks voor de liefhebber van old school papier: de Paper Tiger! Hier hebben ze ook allerlei leuke (notitie)boekjes en bijvoorbeeld ook heel veel leuk cadeaupapier.
Ik wandelde verder naar George Square en universiteit van Edinburgh.
Daarna ging ik naar Greyfriars Kirk, die zelf niet zo bijzonder was. Wel heel mooi: het verhaal van Greyfriars Bobby, een hond die trouw bij het graf van zijn overleden baasje waakte. Bobby mocht niet op de gewijde grond van de begraafplaats worden begraven toen hij zelf 14 jaar later overleed, maar hij heeft zijn laatste rustplaats wel binnen de muren van het kerkhof gekregen. Daarbovenop kreeg hij ook nog zijn eigen memorial en standbeeld naast het kerkhof. Als hondenliefhebber móést ik hier natuurlijk een bezoekje aan brengen!
Behalve dat je via de Royal Mile geleidelijk omhoog en omlaag kunt klimmen in de stad, kun je ook een van de vele trappen in steegjes nemen om van de Mile naar Princes Street en vice versa te komen. Waar steegjes normaal gesproken niet altijd erg aantrekkelijke plekjes zijn, zijn die van Edinburgh dat zeker wel!
Als avondmaaltijd at ik fish & chips bij de chippie (klein eetkraampje) bij Princes Street Gardens. Niet zo fotowaardig, wel heel lekker!
Ben jij al eens in Edinburgh geweest?
26 augustus 2015 om 09:24
Leuk om dit weer te zien 🙂 Het is inderdaad een leuke stad. Wel snap ik nu weer waarom mijn man na onze vakantie in Schotland besloot dat hij nu echt wilde afvallen… Want fish & chips zijn lekker maar je komt zo een paar kilo aan 😉
Lalagè (@Lalage_) postte onlangs…Lalagè leest binnenkort… (poll 3)