We zijn hier bezig met wat het gaafste geboortebord ever moet worden. In april word ik namelijk voor het eerst tante. Joehoe! Dat betekent dat ik nu ook op babyafdelingen mag rondsnuffelen, ondertussen hopend dat mensen niet naar mijn buik gaan staren (het is vet, geen baby). En voordat mijn zus überhaupt zwanger was, had ik al een idee voor het geboortebord. En het idee is zo gaaf dat het bord dat ook wel moet worden.
Alleen heb ik daar mijn ouders nogal hard voor nodig. Want ik mag dan coole ideeën hebben, de uitvoering wordt wat lastiger. Ik ben het type dat bij surprises moet uitleggen wat het is, ook al heb ik in het gedicht (want die schud ik wel zó uit m’n mouw) al 100 hints gegeven. In de brugklas kreeg ik bij beeldende vorming het hele jaar door alleen 6,5’s en 7-mins. Redelijk frustrerend voor iemand die die cijfers haat. Ze zijn zo net niet. Wel aardig, maar ook niet goed. Ik vond mijn onvoldoendes voor gym nog minder erg. Gelukkig had ik in de tweede een lerares die mijn goede ideeën waardeerde, waardoor het opeens achten regende. Jeej!
Maar die ouders van me concludeerden gisteren toen ik het over ‘ons geboortebord’ had dat ik er eigenlijk weinig aan deed. Ja, zeggen hoe het wel of juist niet moet. En ik ben al het brein erachter, wat natuurlijk ook een vrij essentiële rol is. In elk geval moet en zal er voor mijn toekomstige neefje of nichtje een mooi bord komen. Een bord dat zó goed op het plaatje in mijn hoofd lijken dat er geen twijfel over bestaat wat het is. Dus ik geloof dat het verstandiger is dat ik me beperk tot mijn coördinerende rol.
(En nu zijn jullie ongetwijfeld heel benieuwd naar wat we dan aan het maken zijn, maar dat kan ik dus niet vertellen. Je weet maar nooit wie er meeleest. Nog 3 maanden wachten!)