Net als een heleboel andere 50-minners kijk ik op zondagavond naar Omroep Max. Dan zenden ze namelijk het heerlijk kneuterige Heel Holland Bakt uit. Mensen hebben wel eens gesuggereerd dat ik me daarvoor op moet geven. Heel lief bedoeld – en ik maak ook heus wel eens belachelijk lekkere dingen – maar dat lijkt me toch écht een heel slecht idee. Ik hou heel erg van bakken, maar ik zou absoluut een modderfiguur slaan bij HHB. Zeven redenen waarom ik keihard zou falen bij Heel Holland Bakt.

1. Mijn baksels mogen dan aardig goed weg te krijgen zijn: over het algemeen zien ze er niet bepaald oogstrelend uit. Voordat mensen geproefd hebben, krijg ik meestal iets te horen als “ruikt lekker!”, “nou ja, als het maar smaakt, hè?” en de Limburgse klassieker “inne boek geit ’t auch kapot, woh” (boek betekent hier niet zo’n ding met letters, maar buik. En de rest konden jullie wel ontcijferen, toch?).
2. Ik ben nogal een kluns, zoals je al eerder kon lezen in mijn blogpost over wat je allemaal niet moet doen als je monchoutaart maakt. Goed voor de kijkcijfers misschien, maar ik zou het zelf iets minder amusant vinden als ik voor een miljoenenpubliek stond de stuntelen.
3. Aansluitend op punt 2: ik ben ook niet heel snel als het op bakken aankomt. Ik vind het daarom ook fascinerend dat ze in recepten altijd als eerste punt zeggen dat je de oven moet voorverwarmen. Hallo, denken we ook even aan het milieu? Als ik appeltaart maak, duurt het ongeveer drie kwartier voor ik alle appels geschild heb en een half uur voor mijn deeg klaar is. Om nou die oven al die tijd te laten ronken… De tijdslimieten bij HHB zouden voor mij dus nogal problematisch worden.
4. Dat er tijdslimieten zijn, betekent dus ook dat ik geen tijd zou hebben om ongegeneerd mijn beslagkom uit te likken. Dan is er toch geen lol meer aan, aan dat hele bakken?
5. Ik ben geen wandelende bak-encyclopedie en aangezien er volgens mij geen wifi is in die tenten, zou ik nogal wat basiskennis tekortkomen voor de technische opdrachten.
6. Wat ik ook mis, is kennis over smaakcombinaties. Ik kom nog wel op de standaarddingen als appel met kaneel of citroen, en dat chocola bijna altijd een goed idee is. Hoe die kandidaten het echter verzinnen om ingrediënten als basilicum of kiwi in hun zoete baksels verwerken én dat lekker te laten worden: I don’t have a clue.
7. Ik sluit niet uit dat ik ruzie zou krijgen met de jury. Koekjes die te groot zijn, Robert? Er bestaat niet zoiets als een te groot koekje! Extra grote koekjes noem je een positieve wending! Een onverwachte meevaller. Een godsgeschenk!

Heel Holland Bakt-productie: bel me!

En toch mag het productieteam van Heel Holland Bakt me altijd bellen. Als ze bijvoorbeeld een jurylid zoeken dat vindt dat size doesn’t matter. Of als ze besluiten om de kandidaten een persoonlijke coach te geven die ze kan helpen met essentiële bakonderdelen als de beslagkom uitlikken. Of als Martine Bijl een sidekick zoekt (zoals je in de titel ziet, ben ik heel goed met al dan niet flauwe woordgrapjes). En natuurlijk ben ik ook méér dan bereid om als vrijwilliger op te treden als ze iemand zoeken die al die taarten en koekjes opeet. Ik weet zeker dat ik daar wél de ideale kandidaat voor zou zijn.